Toen de laatste Assyriërs in 1993 uit hun geboortedorp Hassana in het zuidoosten van Turkije werden verdreven, verspreidden ze zich over Europa. De meeste van hen, meer dan 300 gezinnen, wonen nu in Mechelen. Ze zijn trouw gebleven aan hun afkomst, maar er is inmiddels een nieuwe generatie in België opgegroeid. Dat generatieverschil heeft niet geleid tot een breuk binnen de gemeenschap. Ook Assyrische jongeren kunnen leven met het contrast tussen hun traditionele thuis en de moderne Belgische samenleving. De laatste burgemeester Ilisha Bektas woont in een onopvallend huis aan de Leermarkt in het centrum van Mechelen. Het interieur van de woonkamer op de bovenverdieping houdt dierbare herinneringen in ere. Oude foto’s van Hassana tegen de muur, lage zitbanken die de kussens vervangen waarop de vele bezoekers destijds in Turkije neerzaten, lange gesprekken voerden en thee dronken. Er was toen altijd meer dan tijd genoeg voor gastvrije ontvangst en gezellige bijeenkomst. Het is nu haast twintig jaar geleden dat Ilisha zijn geboortedorp en zijn functie als burgemeester moest inruilen voor een anoniemer leven in Mechelen, op een paar honderd meter van het imposante Mechelse stadhuis. Hoewel hij nog vaak met heimwee terugdenkt aan Hassana, heeft hij een volwaardig leven in België opgebouwd.
Ilisha Bektas - laatste burgemeester van Hassana De Assyrische cultuur verschilt wel degelijk van de Belgische. Ilisha geeft een simpel voorbeeld: ‘Als je bij een Belg gaat dineren, neem je meestal plaats aan een chique feesttafel, met alles erop en eraan. Bij de Assyriers is het ook wel in orde, maar niet tot in het extreme.’ Ilisha ervaart naar eigen zeggen minder discriminatie dan de jongere generatie. ‘Oudere mensen worden minder gediscrimineerd dan kinderen. Op de schoolbanken komt pesten nu eenmaal vaker voor. Een kind van allochtone ouders krijgt het op school soms hard te verduren. Ouderen komen veel minder in contact met Belgen omdat zij meer in hun Assyrische gemeenschap leven.’
Binnen de Assyrische gemeenschap is het verboden een lat-relatie te hebben of om de haverklap van partner te veranderen. Ilisha ziet het als een maatregel om bestwil, in het belang van de Assyrsiche jeugd. Hij vindt dat Belgen veel roekelozer met relaties omgaan dan Assyriers. ‘Als een relatie tussen Belgen niet goed werkt, is het meteen afgelopen. De ene dag een relatie met die persoon en de andere dag met iemand anders, dat is bij ons taboe.’ Hij vindt dat Assyriërs veel ernstiger omgaan met relaties: ‘Een Belgisch koppel gaat eerst een tijd samenwonen voordat de grote stap wordt gezet. Een Assyrisch koppel gaat nooit samenwonen, ze trouwen meteen.’ Diversiteit op straat Ilisha herinnert zich de tijd toen ze nog in Hassana woonden. ‘We waren daar de christelijke minderheid. Belangrijke functies, zoals dokter of advocaat, waren in Turkije enkel voor moslims. In België kan iedereen dokter of advocaat worden. Hier maakt het niet uit welk geloof je hebt, het is je bekwaamheid die je carrière bepaalt.’ Volgens Ilisha is diversiteit het grootste verschil tussen Hassana en Mechelen. ‘Als ik in Mechelen naar de winkel ga, zal ik zeker Belgen tegenkomen. In Hassana was dat anders. Daar leefden de christenen gescheiden van de moslims. We waren volledig geïsoleerd van elkaar.’ Of de moslims ook gastvrij zijn weet hij niet. ‘Ook in België hebben zij hun eigen leven en wij het onze. Ik kan ze op straat zien wandelen, maar daar blijft het dan ook bij. We hebben geen contact met elkaar.’
Het christelijke geloof heeft een centrale plaats in het Assyrische leven. ‘Naar de kerk gaan is heel belangrijk voor ons,’ zegt Ilisha en hij maakt daarbij meteen de vergelijking met de Belgen. ‘Voor de meeste Belgen is het geloof geen deel van hun dagelijks leven. Ze zien een kerk vaak enkel als een toeristische attractie. Als wij een kerk bezoeken is het niet om ze langs alle kanten te fotograferen, maar om te bidden.’ Drie zussen Nathalie (21), Nehrin (23) en Sarah (18) zijn jonge Assyrische vrouwen. De drie zussen wonen bij hun ouders in een groene wijk bij het Vrijbroekpark aan de rand van Mechelen. Ze voelen zich volwaardige Belgen, maar de realiteit bewijst dat het voor hen niet altijd even makkelijk is. Racisme en discriminatie zijn nooit ver weg. Nehrin werkt als verpleegkundige in het Sint-Maartenziekenhuis in Mechelen. ‘Zelfs op mijn werk wordt er een stempel op mij gedrukt,’ vertelt ze ‘Mensen vragen me vaak of ik moslim ben. Het is mij wel al opgevallen dat men christenen correcter behandelt dan moslims. Ik vind het belangrijk dat mensen weten dat ik christelijk ben, niet omdat ze me dan accepteren, maar omdat ik trots ben op mijn geloof.’
Drie zussen Olcas - Sarah (links) Nathalie (midden) Nehrin (rechts) De tradities van de Assyrische cultuur worden niet alleen in ere gehouden door de oudere generatie, ook de jongeren hechten veel belang aan hun afkomst. Nathalie zit in haar tweede jaar lerarenopleiding aan de hogeschool. De meeste van haar medestudenten zijn Belgen en ze merkt hoe langer hoe meer verschillen op. Haar Belgische leeftijdgenoten gaan uit in hun vrije tijd, de drie zussen blijven thuis. ‘Wij mogen wel iets drinken met vriendinnen, met mate en zeker niet tot we dronken zijn, maar je zal ons nooit in een discotheek zien.’
Ook roken is voor jonge Assyrische vrouwen absoluut verboden. ‘De Belgische jeugd begrijpt onze waarden, normen en regels niet altijd,’ vindt Nathalie. ‘Veel leeftijdgenoten tonen spontaan hun medeleven wanneer ik hen vertel dat ik aan bepaalde activiteiten niet kan meedoen omdat mijn cultuur het niet toelaat. Wat ze niet begrijpen is dat wij het niet als een beperking zien. Wij zijn zo opgevoed, voor ons is het de normale manier van leven.’ Toch zijn er Assyrische jongeren die de Belgische manier van leven wel hebben overgenomen. ‘Ik ken Assyrische meisjes die haast het prototype van de Belgische jeugd zijn geworden,’ zegt Nathalie. ‘De Assyrische cultuur is nog belangrijk voor hen, maar de regels die erbij horen passen ze niet meer toe.’ Andere agenda De relatie met jongens verschilt van de Belgische manier van daten. ‘Vele van mijn Belgische vriendinnen hebben een vriendje,’ vertelt de achtienjarige Sarah, die in haar laatste jaar economie-moderne talen zit. ‘Wij mogen geen contact hebben met jongens, dat gebeurt bij ons enkel met het oog op een toekomstig huwelijk. We mogen wel zelf onze partner kiezen, in tegenstelling tot wat vele buitenstaanders denken. Maar verschillende opeenvolgende vriendjes hebben, daar doen we niet aan mee. En zo’n vriendje mee naar huis brengen, dat mag ook niet.’ Nathalie verduidelijkt: ‘Aan een echte relatie moet je werken. Het huwelijk is bij ons een belangrijke stap, het is een levenslange verbintenis van een Assyrisch echtpaar dat elkaar trouw zweert.’
Het hoeft niet altijd zo zwaarwichtig te zijn, de cultuurverschillen komen ook in kleine dingen tot uiting. ‘Het valt mij op dat Belgen altijd eerst opbellen om een afspraak te voordat ze bij elkaar langs gaan,’ zegt Nathalie.. ‘Bij ons is dat niet zo, wij gaan onaangekondigd bij elkaar op bezoek en als er niemand thuis is, komen we gewoon een andere keer terug.’ Dat de Belgen zo gehecht zijn aan hun agenda is Nehrim intussen al gewoon geworden: ‘In het begin vond ik dat een heel vreemde gewoonte, maar nu vind ik het normaal dat ik eerst een afspraak moet maken als ik mijn Belgische vrienden wil zien.’
Voor de oudere generatie, de Assyriërs die het grootste deel van hun leven in Turkije hebben doorgebracht, is het hier pas echt een wereld van verschil volgens Sarah. ‘Het leven in Hassana was helemaal anders dan het leven dat we nu hebben. Mensen hadden geen stresserende baan, het ging er veel gemoedelijker aan toe.’ Moslims en geloof
Nathalie Olcas In tegenstelling tot de oudere generatie heeft de Assyrische jeugd geen moeizame geschiedenis met de moslims achter de rug. ‘Het zijn voornamelijk onze ouders die nare herinneringen aan hen overhouden,’ zegt Nathalie. ‘Logisch, onze ouders werden in Hassana telkens weer met hen geconfronteerd. Dat is voor ons hier in België niet het geval.’ De zussen kunnen zich niet inbeelden dat ze ooit op een moslim verliefd zouden worden, dat is strikt verboden binnen de Assyrische gemeenschap. ‘Wij zijn katholiek opgevoed, dus willen we ook geen moslim als partner,’ verzekert Nathalie.
De drie zussen vinden wel dat de grote vrijheid in België een keerzijde heeft. Ze noemen het een subtiele vorm van onderdrukking. ‘Wij zien hoe anderen met elkaar omgaan en dat gedrag neem je onbewust voor een deel over,’ bekent Nehrin. ‘Wij zijn geïntegreerd, maar onze normen en waarden blijven enorm belangrijk voor ons. We leven nu in een land waar het katholieke geloof niet meer prominent aanwezig is, maar toch wonen wij met opgeheven hoofd onze kerkdiensten bij en we zullen dat blijven doen.’ Het is net die toewijding waar de zussen vaak worden op afgerekend. ‘Op school krijg ik vaak opmerkingen over mijn geloof,’ geeft Nathalie toe. ‘Medestudenten vragen waarom ik nog in sprookjes geloof. Ze willen mij ervan overtuigen dat Jezus niet heeft geleefd. Dat vind ik heel erg. Ik denk dan bij mijzelf: ik heb respect voor jullie, waarom kunnen jullie geen respect opbrengen voor mij?’
Tekst & Illustraties - Carl Van Baelen (PS: In een later bericht van 18.10.2012 aan Shlama Mechelen nemen de drie zussen afstand van het interview hierboven, omdat naar verluidt 'vele mensen hen daarover aanspreken.')
|